Eigenlijk wist ze het al toen de procedure in gang werd
gezet. Ze had zichzelf gesust met fantasieën over donkere, glanzende oogjes en magere baby-armpjes die zich aan haar zouden vastklampen, daar op het
vliegveld van Makabana. Maar het kind had zich met zwarte, boze ogen van haar
afgeduwd. Krijsend.
Het was Johans idee geweest. Ze had geen keus. Het was dít
of hem laten gaan, naar een vrouw die hem wél zelf een kind kon schenken.
Het kind krijst nog altijd. Gewenningsstress, zegt de huisarts.
Ze kijkt naar haar uitgeputte spiegelbeeld en denkt: Kan hij nog geruild? Of teruggebracht?